Met deze update willen wij jullie informeren over de stand van zaken.

5 augustus 2019

De procedure van voormalige Poms medewerkers en de Stichting NL-Poms tegen    Defensie loopt nog steeds. Met deze update willen wij jullie informeren over de stand van zaken.

Op 28 November aanstaande is om 10.00uur een zogenaamde comparitie gepland in het gerechtshof van Den Bosch. In veel rechtszaken wordt als onderdeel van de procedure een speciale rechtszitting gehouden, een comparitie (comparitie = vergelijking). De bedoeling daarvan is meer inlichtingen over de zaak te verkrijgen of te proberen partijen tot een vergelijk te laten komen.

Aanleiding voor deze comparitie is het ingestelde beroep tegen de uitspraak van 7 mei j.l. door de rechter in Maastricht. Deze rechtbank stelt in haar uitspraak dat wij onze zaak bij de verkeerde rechter voeren en dat de stichting niet voor alle Poms gedupeerden een claim kan indienen. Wij zijn het niet eens met deze uitspraak en daarom naar de hogere rechtbank in Den Bosch gestapt. Onze advocaat, Mr. R.M.W.H. Bedaux heeft tevens deze rechtbank verzocht om deskundigen in de procedure te betrekken.

De basis van onze eisen en vordering heeft betrekking op een veelvoudig onrechtmatig nalaten. Defensie was op de hoogte van het grote gevaar van chroom-6. Zij hebben na herhaaldelijk meten van grote hoeveelheden chroom-6 nagelaten de oorzaak daarvan te onderzoeken. Ook zijn wij van mening dat Defensie haar medewerkers willens en wetens heeft blootgesteld aan combinaties van vele andere gevaarlijke stoffen en verzuimd heeft medewerkers in te lichten over de daarbij horende gezondheidsrisico’s. Defensie heeft mensen onbeschermd laten doorwerken zonder te zorgen voor de noodzakelijke beschermende middelen. Ook zijn er over de gehele periode geen medische onderzoeken geweest of medewerkers begeleid.

Wereldwijd zijn voldoende onderzoeken geweest die de gezondheidsschade van chroom-6 aantonen. Hieruit komt naar voren dat er veel meer ziektebeelden zijn dan die nu in de coulance of compensatieregeling worden genoemd en waar defensie een vergoeding voor geeft. Ook vinden wij dat het RIVM rapport gebaseerd is op een aantal verkeerde aannames, werkwijzen en blootstellingen. Deze zijn niet of onvoldoende meegenomen in het rapport en de daarop gebaseerde conclusies.

Wij rekenen erop dat de rechtbank in Den Bosch onze standpunten in haar uitspraak overneemt. Dat betekent ook dat onze procedure en eisen voor alle mensen die op de Poms werkzaam zijn geweest van toepassing is. Dus niet alleen voor Defensie ambtenaren maar ook voor iedereen die door Poms werd ingehuurd bijvoorbeeld via uitzendbureau’s of bedrijven die werkzaamheden op de site uitvoerden. Daarom is er volgens ons sprake van een groepsactie.

Wij rekenen erop dat er voldoende aanleiding is voor de rechtbank in Den Bosch om een voor ons allen gunstige uitspraak te doen.